Een recente uitspraak van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Amsterdam maakt klip en klaar dat een tandarts niet bevoegd is om injecties te geven met een puur cosmetisch doel. Behandelaars dienen niet alleen bevoegd te zijn (bijvoorbeeld via een BIG-registratie), maar ook bekwaam – wat inhoudt dat zij moeten handelen binnen hun deskundigheidsgebied. Concreet betekent dit dat tandartsen niet gerechtigd zijn om Botox of fillers te injecteren in lippen of rimpels, tenzij deze handelingen een direct verband houden met tandheelkundige zorg. De uitspraak onderstreept de groeiende zorg over de wildgroei aan artsen en tandartsen die onterecht cosmetische behandelingen in het gezicht uitvoeren.
Het is van groot belang dat het Tuchtcollege nu expliciet stelt dat tandartsen dergelijke cosmetische behandelingen niet mogen uitvoeren. Deze duidelijkheid draagt bij aan de veiligheid van cliënten en een beter gereguleerde sector.
Lees ook: Artikel in de Volkskrant – “Botox door de huisarts of tandarts. Is dat wel een goed idee?”
Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) bereidt op dit moment een wijziging van de Wet BIG voor. Een van de voorgestelde aanpassingen houdt in dat ook handelingen met een cosmetisch oogmerk onder de Wet BIG gaan vallen. De aangepaste wet zal bepalen welke zorgverleners bevoegd worden om cosmetische injecties – zoals met botox of fillers – zelfstandig uit te voeren. Op dit moment is het nog onduidelijk of tandartsen daartoe zullen behoren. Wat in elk geval blijft gelden, is dat ook bij bevoegdheid altijd aan de bekwaamheidseisen voldaan moet worden. Deze eisen zullen verder worden gespecificeerd in het Kwaliteitskader Cosmetische Geneeskunde, dat momenteel wordt ontwikkeld onder leiding van Zorginstituut Nederland. De KNMT (de beroepsorganisatie voor tandartsen) heeft aangegeven haar standpunt aan te passen zodra nieuwe wet- en regelgeving dat vereist.
Het Tuchtcollege overwoog in deze zaak ook een passende maatregel tegen de tandarts in kwestie. Hoewel zij inmiddels de titel cosmetisch arts van haar website heeft verwijderd, blijft zij zich nog profileren als medical trainer. Daarmee schept zij onvoldoende duidelijkheid over haar werkelijke bevoegdheid: zij is geen arts, maar tandarts. Uit de uitspraak blijkt dat de verweerster onvoldoende oog had voor de professionele standaarden die zij had moeten volgen – met name op het gebied van nazorg en de organisatie van haar kliniek. Gezien de ernst van de klacht acht het college het opleggen van een maatregel gepast en noodzakelijk.
Blogartikelen